In mei 2022 hebben de Stichting Voorouder en het Stadsarchief Rotterdam gezamenlijk een eerste officiële lijst uitgebracht met burgers en militairen die het leven lieten tijdens het grote bombardement op Rotterdam op 14 mei 1940, de daaraan voorafgaande gevechten en eerdere bombardementen op locaties zoals de Westersingel, Robert Fruinstraat/Schietbaanlaan, Oostplein/Nieuwehaven en de Hoofdlaan in Schiebroek.
Daarnaast is een lijst met namen bekend gemaakt van vermoedelijke slachtoffers. Afgelopen jaar is er aanvullend bewijsmateriaal vanuit het publiek ontvangen, waardoor het slachtofferschap van 22 van deze vermoedelijke slachtoffers bevestigd is.
Een fotoalbum met afbeeldingen van de slachtoffers is samengesteld dankzij fotomateriaal dat door nabestaanden ter beschikking is gesteld.
Slachtoffers (status april 2024)
Het onderzoek heeft talrijke nieuwe gegevens opgeleverd over de achtergronden van de slachtoffers en waar en waardoor zij zijn omgekomen. Uit contacten met nabestaanden zijn vele nieuwe verhalen naar voren gekomen.
De 91-jarige Francina Bouman was het oudste geïdentificeerde slachtoffer. Clasina van Druten werd niet ouder dan 19 dagen en is op 19 mei 1940 dood onder het puin gevonden. De gemiddelde leeftijd van de geïdentificeerde burgerslachtoffers van het bombardement van 14 mei 1940 was 42 jaar. Verder zijn 11 families bekend waarbij 5 of meer slachtoffers zijn gevallen. Veel slachtoffers zijn gevallen door het bombardement op de Strafgevangenis aan de Noordsingel (42 doden) en de oude Doelen (39 doden), toen gelegen naast het Stadhuis aan de Coolsingel.
Aan Nederlandse zijde was Hendrik van Winkel met 18 jaar het jongste geïdentificeerde militaire slachtoffer en de 59-jarige Jean Simon Thomas het oudste. De gemiddelde leeftijd van alle Nederlandse militaire slachtoffers was 27 jaar. De meeste militaire slachtoffers aan Nederlandse zijde zijn gevallen bij de gevechten rondom het voormalige vliegveld Waalhaven.
Aan Duitse militaire zijde was de 17-jarige Walter Kretschmann het jongste geïdentificeerde slachtoffer en Eugen Staehle met 44 jaar het oudste. De gemiddelde leeftijd van alle Duitse militaire slachtoffers was 24 jaar. Ook aan Duitse zijde vielen de meeste slachtoffers bij de gevechten rondom het voormalige vliegveld Waalhaven.
Onderzoek
Het onderzoek naar de namen van de slachtoffers is uitgevoerd samen met het Stadsarchief Rotterdam waarbij onder andere gebruik is gemaakt van de volgende bronnen:
- Overlijdensakten
- Overlijdensverklaringen van de schouwarts
- Registers van diverse Rotterdamse begraafplaatsen
- Familieadvertenties (o.a. rouwadvertenties, bidprentjes)
- Gegevens van de Oorlogsgravenstichting en het Joods Monument
- De kadastrale kaarten uit 1939
- Telefoonboeken
- Informatie van nabestaanden (van toen en van nu)
- Bevolkingsregisters (vooral gezinskaarten)
- Politieverslagen
- Het overzicht “Bommen, Granaten en Vliegtuigen op Rotterdam tussen mei 1940 en mei 1945” ontleend aan
Politie-archief nummer 3304 en het archief van de voormalige Luchtbescherming - Lijsten met vermisten
- Uitkomsten van eerdere onderzoeken
- Delpher (een platform met gedigitaliseerde teksten uit Nederlandse kranten, boeken en tijdschriften)
- Krantenkijker van het Gemeentearchief Schiedam
- Bevolkingsreconstructie van de Stad Rotterdam
- Diverse militaire archieven in Nederland, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk
In enkele gevallen zijn verschillende schrijfwijzen van een voor- en/of achternaam aangetroffen. Zoveel mogelijk is de schrijfwijze aangehouden zoals vermeld in de geboorteakte. Niet in alle gevallen is de datum van overlijden exact vast te stellen. Zo wordt in overlijdensakten soms gebruik gemaakt van de term “Overleden bevonden”. Dit is de datum waarop de betreffende persoon dood werd aangetroffen (bijvoorbeeld onder het puin) en de datum van overlijden niet exact kon worden vastgesteld.
Op 1 november 1940 werd het puinruimen officieel beëindigd. Dit is ook de uiterste datum waarop iemand moet zijn overleden of gekenmerkt zijn als “Overleden bevonden” om te voldoen aan de criteria voor het slachtofferschap.
Nieuwe bronbewerkingen
Van diverse registers zijn, als onderdeel van het onderzoek, nieuwe bronbewerkingen gemaakt waaronder:
- Begraafplaats Crooswijk, vak GG (voornamelijk burgerslachtoffers)
- Begraafplaats Crooswijk, vak P (Nederlandse militairen)
- Slachtoffers strafgevangenis Noordsingel
Bibliotheekcollege
Op 12 mei 2022 is door Rob Noordhoek (Museum Rotterdam), Anne Jongstra (Stadsarchief Rotterdam) en Walt Schulze (Stichting Voorouder) in het theater van Bibliotheek Rotterdam een college gegeven over de meidagen van 1940 in Rotterdam en het onderzoek naar de namenlijst.
Vervolg
De lijst met slachtoffers van de meidagen 1940 in Rotterdam e.o. wordt actief onderhouden door de Stichting Voorouder. Heeft u meer gegevens over de genoemde personen, aanvullingen, eventuele correcties, verhalen, en/of beschikt u over fotomateriaal van de slachtoffers, dan lezen wij dat graag via info@voorouder.nl
Ook kunt u contact opnemen als u zelf op zoek bent naar meer gegevens over de slachtoffers of de Stichting Voorouder wilt uitnodigen voor een presentatie over het onderzoek en verhalen over de slachtoffers.